Pagina's

vrijdag 1 juni 2012

Achtertuinland

Het mooiste aan ons huis vind ik de achtertuin. Voor een stadstuin hebben we een vrij grote achtertuin. De eerste tien meter zijn door de vorige bewoners "onder architectuur" aangelegd. De tweede tien meter waren gemeentegrond. Die grond hebben zij destijds van de gemeente gekocht toen de mogelijkheid daarvoor was, maar ze hebben er nooit iets mee gedaan. Toen wij hier zijn komen wonen hebben we in het eerste jaar al gelijk een aantal architectonische wijzigingen gedaan in de eerste tien meter. Aan de ene kant zijn grote struiken en hagen eruit gehaald en hebben we een pluktuin aangeplant, met japanse wijnbes, aardbei, peer en rode bessenstruiken. Aan de andere kant is de mooi aangeharkte zwarte aardetuin volgeplant met kruiden en bloementuin. De tuin grenst aan een vijver. Geen achterom dus. En ook geen achterburen. Alleen een flat aan de overkant van de vijver. In het achterste gedeelte staan veel bomen. Het is er wat donkerder en voelt als een bos. Een waar paradijs voor mussen, die in grote getale in onze achterachtertuin bivakeren. In de zomer ontnemen de bomen het zicht op de flat en zou je maar zo in het buiten kunnen wonen. Omdat we aan het water wonen, hebben we als eerste een hek geplaatst ter voorkoming van verdrinkende kindertjes. Tegen het hek is een houtwal opgebouwd, of.. zoals mijn schoonmoeder eens dreigde "die enorme takkenbos op te ruimen". Neen, schoonmoeder.. dat is een houtwal en daar wonen egeltjes, muisjes, vogeltjes en andere bewoners. Afblijven dus.


Vorig jaar heb ik met veel onhandigheid een nestkastje in een van de bomen opgehangen. Ongeveer zo hoog, ongeveer op het oosten, ongeveer recht. Boven mijn macht werken gaat mij niet altijd even goed af. Ach, dacht ik, als het er maar leuk uit ziet. Vorig jaar zat er zowaar een nestje koolmeesjes in. Ik helemaal trots. In het najaar heb ik alleen nagelaten om het schoon te maken. Ondertussen had ik nog twee nestkastjes, mooi opgeschilderd door de dames. Ik kon maar steeds de moed niet vinden om die kastjes in andere bomen 'ongeveer recht', 'ongeveer op het oosten' en 'ongeveer zo hoog' op te hangen. Dus stonden ze op een houten trapje tegen een boom te wachten.
Dit jaar schets mijn verbazing dat het opgehangen, niet schoongemaakte netstkastje toch in gebruik is. Niet door vogeltjes, maar door een volkje bijen. En in het nog op te hangen nestkastje op het trapje zit een nestje koolmeesjes.



Hoe dat straks met het uitvliegen moet.??... (we hebben twee poezen, waarvan eentje nog graag echt jaagt, al is het maar om de buit als wijze van dank ergens in onze woonkamer te deponeren)


Geen opmerkingen: